Het zwarte gat, met sterren

 

‘Ben je in een zwart gat gevallen?’ willen bezorgde zielen nog wel eens vragen, nu ‘Soerabaja’ is uitgekomen. Zo erg is het natuurlijk niet, maar in vergelijking met schrijven heeft het wel iets nachtelijks, de fase na de publicatie.

Schrijven doe je in het volle zonlicht van je geest, en die zon van de aandacht blikkert op de lege witte pagina. Het is, kortom, een bezigheid van de dag, zelfs als je vaak ook ’s avonds werkt. Maar is de roman eenmaal verschenen, dan dooft dat licht. In de geest valt een stille nacht over de personages. Ze bestaan en hebben je niet meer nodig.

Je zou dat een zwart gat kunnen noemen, ware het niet dat er dan de lezers zijn. Ze kopen ‘Soerabaja’, ze mailen dat ze het mooi vonden, dat ze om het lot van Bep en haar gezin hebben gehuild, dat ze het weer cadeau gaan geven. De lezers, en de boekhandelaren die hen, buiten elke hype om, mijn roman aanraden, verlichten de nacht met sterren. Aan de donkere horizon komt zelfs de maan op, mooi en vol.